Gisteren stonden er vier EK wedstrijden op het programma bekijk hier een overzicht van woensdag 23 juni.

Slowakije - Spanje

Spanje heeft zich toch 'gewoon' geplaatst voor de achtste finale van het EK. Na twee keer een gelijkspel (tegen Zweden en Polen) werd Slowakije wél verslagen. Met grote dank aan de Slowaakse doelman Martin Dúbravka.
Met twee punten uit de eerste twee wedstrijden moest Spanje vol aan de bak tegen Slowakije om de knock-outfase van het EK te halen. Luis Enrique gooide met liefst vier nieuwe krachten zijn elftal dan ook behoorlijk om. Sergio Busquets, terug van zijn coronabesmetting, César Azpilicueta, Éric García en Pablo Sarabia kregen de voorkeur boven Rodri, Marcos Llorente, Pau Torres en Dani Olmo bij de Spanjaarden. Dat Spanje onder hoogspanning stond vooraf bleek wel: zelfs kritiek van Rafael van der Vaart raakte een gevoelige snaar bij de Spanjaarden.
'Het zal toch niet?' Die gedachte zal na twaalf minuten ongetwijfeld door het hoofd van de Spaanse bondscoach Luis Enrique hebben gespookt. Álvaro Morata mocht een penalty nemen nadat Björn Kuipers tot de orde was geroepen door de VAR. De Nederlandse arbiter zag een overtreding op Koke over het hoofd en gaf uiteindelijk de penalty alsnog aan Spanje. Maar na vier gemiste penalty's, waaronder die van Gerard Moreno tegen Polen, kreeg ook Morata het niet voor elkaar om te scoren vanaf elf meter.
Tegen Polen bleef Spanje toen steken op een gelijkspel, maar zover kwam het deze keer niet in Sevilla. Nog voor rust liep Spanje uit naar een comfortabele voorsprong. Niet in de laatste plaats te danken aan Dúbravka, doelman van Slowakije. Na dertig minuten produceerde hij een enorme blunder. Nadat Sarabia de lat trof, tikte de Slowaakse keeper de bal in zijn eigen doel: het zevende eigen doelpunt van dit EK. Het lukte Dúbravka ook niet meer om zich te herstellen, want ook bij de 0-2 vlak voor rust zag hij er niet goed uit. Uiteindelijk was het Aymeric Laporte, die vlak voor het EK een interlandcarrière bij Frankrijk inruilde voor een carrière bij Spanje, die zijn eerste goal voor Spanje binnenkopte.
Na rust wist Slowakije geen vuist meer te maken tegen de Spanjaarden, die door de twee goals bevrijd leken. Nadat Sarabia voor rust al belangrijk was bij de eigen goal van Dúbravka kreeg hij na 56 minuten ook zelf een goal op zijn naam. Hij werkte een voorzet van Jordi Alba binnen en elf minuten later was Sarabia zelf weer goed voor een assist. Deze keer gaf hij de voorzet en werkte invaller Ferran Torres de bal op prachtige wijze binnen met een hakbal achter zijn standbeen.
Na de moeizame eerste twee wedstrijden werkte Spanje binnen no time aan het vertrouwen met zelfs nog een vijfde goal. Invaller Pau Torres leek de bal binnen te knikken, maar wéér was het een Slowaaks eigen doelpunt. Juraj Kucka probeerde de bal weg te werken, maar schoot de bal pardoes zijn eigen doel in. De achtste eigen goal van dit EK was daarmee een feit.
Na die vijfde goal ging Spanje op jacht naar het verbreken van het EK-record van onder meer Nederland. Oranje won in 2000 met 6-1 van Joegoslavië. Ook Frankrijk (5-0 tegen België in 1984), Denemarken (5-0 tegen Joegoslavië in 1984) en Zweden (5-0 tegen Bulgarije in 2004) hadden het EK-record in handen. Nooit won een ploeg met minstens zes goals verschil op een EK. En dat bleef na Slowakije - Spanje ook zo. De Spaanse productie stopte na vijf goals. Vanwege het resultaat bij Zweden - Polen was het niet voldoende voor de groepswinst. Zweden won namelijk van Polen en dus speelt Spanje in de achtste finale tegen Kroatië.
Zweden - Polen

Zweden heeft de groepsfase van het EK woensdag afgesloten met een zege op Polen. Robert Lewandowski maakte het nog spannend, ook voor het Nederlands elftal, maar moet door de nederlaag naar huis.
Zweden was dankzij de vier punten uit de eerste twee groepsduels al zeker van een plek in de achtste finale. Het was alleen nog de vraag op welke plek het land zou eindigen in Groep E. Polen had nog hoop, ondanks het ene punt dat tot woensdag werd gepakt. Robert Lewandowski en co zullen vol vertrouwen het duel met Zweden in zijn gegaan, maar al na 81 seconden werd de Poolse hoop aan flarden geschoten.
Zo lang was Zweden-Polen namelijk onderweg toen Emil Forsberg de score al opende. De spelmaker van RB Leipzig veroverde de bal nadat ploeggenoot Alexander Isak die op de rand van het strafschopgebied was kwijtgeraakt. De verdediging van Polen stond niet goed en Forsberg had aan de linkerkant de vrije doortocht, waarna hij met zijn linkervoet de bal in de verre hoek schoof. Niet geheel verrassend kreeg Lewandowski ruim een kwartier later de grootste kans op 1-1. De spits van Bayern München kopte tot twee keer toe op de lat.
Voor de Zweden leek er in de tweede helft weinig meer aan de hand. Wojchiech Szczesny hield een poging van Robin Quaison nog uit zijn doel, maar was kansloos bij een counter na een klein uur. Dejan Kulusevski leidde die in en bediende Forsberg, die met scherp schoot: 2-0. Een minuut later stond het echter 2-1 nadat Robert Lewandowski de bal uit een counter in de rechterhoek krulde.
De 2-2 van invaller Jakub Swierczok ging kort daarna niet door vanwege buitenspel, maar de gelijkmaker viel in de slotfase alsnog. Lewandowski nam een voorzet vanaf de linkerflank aan en schoot raak. Zo ontnam hij Zweden de koppositie in Groep E en liet hij Oranje in spanning. Bij winst van Polen zou het Nederlands elftal namelijk de nummer drie van Groep F treffen in de achtste finale. De vrees werd pas in de extra tijd weggenomen toen Viktor Claesson de 3-2 maakte namens Zweden. Hierdoor werd duidelijk dat Oranje Tsjechië gaat treffen.
Portugal - Frankrijk

Een winnaar kwam er niet, maar door goals van Karim Benzema en Cristiano Ronaldo werd Portugal - Frankrijk alsnog een gedenkwaardig duel.
Lange tijd werd in Nederland gevreesd voor Groep F, de Groep des Doods. Oranje zou in de achtste finale namelijk tegen de beste nummer drie moeten en dat zou zomaar eens een land uit de poule van Frankrijk, Portugal en Duitsland kunnen worden. Vooraf aan Portugal - Frankrijk was echter al bekend dat Tsjechië de tegenstander van Nederland zou worden in de achtste finale en in Nederlands perspectief wachtte dus vooral de zeer interessante ontmoeting tussen Portugal en Frankrijk, een ontmoeting die voor zowel Benzema als Ronaldo gedenkwaardig zou worden.
Het was namelijk Ronaldo die na een uur spelen zijn tweede penalty van de avond benutte en daarmee op gelijke hoogte kwam met Iraniër Ali Daei. Net als Daei stond Ronaldo na die tweede goal van de avond op 109 interlandgoals, een wereldrecord. Goed voor een voorsprong in het duel met Frankrijk was dat wereldrecord overigens nog niet. Het was de 2-2 in een heerlijke clash.
Ronaldo had Portugal na 31 minuten wel op voorsprong gezet. Hij deed dat vanaf de stip nadat Danilo de vuist en elleboog van Hugo Lloris tegen zijn hoofd kreeg. De Spaanse arbiter Matéu Lahoz vond dat voldoende voor een strafschop en Ronaldo maakte daar dankbaar gebruik van door de 1-0 te verzorgen. Daarmee loste Ronaldo Miroslav Klose af als Europeaan met de meeste goals op een eindtoernooi (EK en WK samen).
Ronaldo stond daarmee in de schijnwerpers, maar diezelfde schijnwerpers richtten zich vervolgens vol op Benzema. De Franse spits had nog nooit op een EK gescoord, maar tegen Portugal deed hij het ineens twee keer. Daarmee was het na 2085 dagen eindelijk weer eens raak voor de spits in de Franse nationale ploeg. Vlak voor rust profiteerde de spits van Real Madrid van een makkelijk gegeven penalty voor Lahoz. De Spaanse arbiter vond een duw aan het adres van Kylian Mbappé voldoende voor een strafschop en Benzema zorgde vanaf de stip voor een 1-1 ruststand.
Voordat Ronaldo het wereldrecord van Daei evenaarde was het dus eerst nog Benzema die Frankrijk op een 2-1 had gezet. Hoewel de assistent-scheidsrechter de spits buitenspel gaf, greep de VAR vervolgens in. Zijn tweede van de avond was een feit. De voorsprong van Frankrijk eveneens, maar die werd zoals gezegd weer weggepoetst door Ronaldo. Zijn 109de goal kwam wederom uit een penalty nadat hij zelf de bal tegen de hand van Jules Koundé had geschoten.
Na die 2-2 vond Portugal het welletjes. Een punt was voor de Portugezen voldoende voor een plek in de achtste finale. Frankrijk was bovendien al door naar de laatste zestien van het toernooi. De slotfase was er dan ook niet eentje waarbij de kansen als een stortregen de Allianz Arena betrad. Paul Pogba en Antoine Griezmann waren nog wel dicht bij de 2-3 voor Frankrijk, maar Rui Patrício was de held aan Portugese zijde.
In blessuretijd kreeg Portugal nog heel even een enorm schrikmoment bij een overtreding van Bruno Fernandes, maar Lahoz wilde niet aan een vierde penalty. Omdat Duitsland en Hongarije gelijkspeelden, was het gelijkspel voldoende voor Frankrijk voor de groepswinst en Portugal meldt zich in de achtste finale als beste nummer drie. Frankrijk treft Zwitserland, Portugal speelt tegen België.
Duitsland - Hongarije

Duitsland is woensdagavond door het oog van de naald gekropen. De ploeg van Joachim Löw lag op het hakblok tegen Hongarije, maar vond in de slotfase toch nog de gelijkmaker die de EK-droom levend hield. Voor het bijna stuntende Hongarije zit het toernooi er nu op.
De Duitsers maakten in de vorige speelronde nog veel indruk tegen Portugal en werden na de 2-4 overwinning zelfs getipt als kandidaat voor de EK-winst. De ploeg van Löw moest woensdag alleen nog even winnen van Hongarije, op papier de zwakke broeder in de poule, en dan kon het toernooi écht gaan beginnen. Het gewenste scenario kwam uit, maar alles ging toch veel lastiger dan verwacht.
De Hongaren kwamen in de elfde minuut op een verrassende voorsprong. Ádám Szalai stond op scherp bij een gevaarlijke voorzet vanaf rechts en opende de score met een knappe snoekduik. Het geschrokken Duitsland moest zo in de achtervolging, maar liet in de eerste helft maar weinig zien. Hongarije verdedigde geconcentreerd en gaf geen noemenswaardige kansen weg.
Ook in de tweede helft viel het tegen wat Duitsland liet zien. Toch kwam de ploeg op gelijke hoogte: de Hongaarse doelman Péter Gulácsi zat helemaal mis bij een vrije trap, waarna Kai Havertz de gelijkmaker binnenkopte. Het betekende een flinke tegenvaller voor Hongarije, dat echter geen tijd nam om te treuren. Sterker nog: de reactie van de Hongaren had niet veel sneller kunnen komen.
Direct na de aftrap werd de bal naar voren gebracht en András Schäfer won na een weggewerkte bal vol overtuiging het kopduel. Hij bracht de bal zo bij Szalai, stoomde direct door en werd de diepte in gestuurd. In het vijandelijke strafschopgebied sprong Schäfer vol overtuiging met zijn hoofd naar de bal en hij was precies op tijd om de uit zijn doel gekomen Manuel Neuer te verslaan: 1-2.
De Hongaren lagen zo op koers voor een stunt van jewelste, maar kregen het niet voor elkaar om de benodigde drie punten over de streep te slepen. Zes minuten voor tijd kwam Duitsland weer op gelijke hoogte: Leon Goretzka stond op de juiste plek om uit een afvallende bal de 2-2 binnen te rammen. Daarmee pakte Duitsland het punt dat het nodig had om als tweede te finishen in Groep F. Hongarije eindigt met twee punten als vierde en gaat met opgeheven hoofd naar huis.
Reactie plaatsen
Reacties